De positie van de doula in de zorg rond de zwangere en bevallende vrouw
Inleiding
De doula draait alweer een paar jaar mee in het Nederlandse systeem van zorg rond zwangerschap en bevalling en het lijkt me een goed moment om de (tussen) balans op te maken.
- Hoe doet de doula het?
- Wat is de positie van de doula?
- Hoe ver is het met de gewenning en acceptatie door kraamverzorgsters, verloskundigen en gynaecologen?
- Hoe kijken zwangere en bevallen vrouwen naar de mogelijkheid om een doula in te huren?
- En wat zijn de reacties van de pioniers: de vrouwen en mannen die een doula bij hun bevalling hebben gehad?
Op bovengenoemde vragen geef ik een antwoord, gebaseerd op onderzoeken, artikelen en ervaringen.
Hoe doet de doula het?
De beginfase.
De doula deed een jaar of drie haar intrede in het Nederlandse systeem van zwanger zijn en bevallen. Er moest eerst flink gepionierd te worden, want de belanghebbenden, de zwangere vrouw en haar (eventuele) partner, dienden bereikt te worden.
Bovendien was er soms een behoorlijke portie weerstand bij de zorgverleners, veelal gebaseerd op eigen angst en onjuiste interpretatie van het doel en positie van de doula. De eerste taak van de prille doula bestond dan ook uit voorlichting geven, veel voorlichting. Aan verloskundigen, kraamverzorgsters en natuurlijk de aanstaande ouders. Als duidelijk werd wat de functie en positie van de doula is, ging men anders naar de doula kijken en werd ze zelfs soms voorzichtig toegejuicht. De eerste stellen huurden een doula in.
Drie jaar later.
Steeds meer vrouwen weten nu wat een doula is en weten haar te vinden. De meerwaarde van een doula wordt meer en meer herkend en gewaardeerd, ook door kraamverzorgsters, verloskundigen en gynaecologen. Immers de bevallende vrouw die meer ontspannen is, ontsluit beter, houdt langer de moed erin en stuurt daarmee aan op een prettiger, vloeiender bevalling.
De gewenning en acceptatie
Bij de introductie van de doula in Nederland was ik voorbereid door mijn collega doula uit Amerika over het verloop van de gewenning. Dat ging daar als volgt: eerst werd de doula genegeerd en afgewezen (“niet nodig, kunnen we zelf”). Vervolgens werd men kwaad op de doula, ze verdween immers niet. En daarna werd de doula geaccepteerd en welkom geheten, want de praktijk wees uit: de doula maakt verschil. Zo verloopt het in Nederland ook, is mijn ervaring. Er waren verloskundigen en gynaecologen die zich meteen konden vinden in het concept doula en haar welkom heetten bij een bevalling. Bij sommigen bleef de weerstand bestaan en dan bood de praktijk uitkomst; als ze eens een doula bij het bed van een bevallende vrouw tegenkwamen, ervoeren ze wat die nou precies toevoegde en konden ze zich er in vinden. Toch zijn er nog verloskundigen, gynaecologen en kraamverzorgsters die (zeer) afwijzend blijven reageren. Want een grote angst van hen is dat de doula een deel, vaak ook aangeduid als het leukste stukje, van hun begeleiding, hun werk zal overnemen. Een veelgehoorde klacht is, dat de doula een stevig contact met de vrouw opbouwt en dat de bevallende vrouw vooral zal luisteren naar de doula en dat je als verloskundige en kraamverzorgster alleen maar goed bent om de praktische kant goed uit te voeren. Dat de doula in plaats van hen komt. Doet een doula dat, dan is ze geen goede doula. Een doula is immers aanvullend en niet vervangend. De komst van de doula maakt zichtbaar waar verloskundigen en kraamverzorgsters zich tekort voelen schieten: onafgebroken zorg verlenen.
Voeg daar de tijdsdruk aan toe en de onvrede over je beroep wordt duidelijk. Onmacht speelt hier ook een rol bij. Logisch dat je dan niet de doula met open armen ontvangt.
De positie van de doula
Momenteel is het in om kraamverzorgsters en familieleden bij te scholen tot doula. Daaruit blijkt dat nog niet goed begrepen wordt wat de specifieke toevoeging van de doula is. Een bevallende vrouw is gebaat bij onafgebroken ondersteuning, vertrouwde gezichten om haar heen, goede informatie, gekwalificeerde hulp en rust en ruimte. Alle betrokkenen kunnen daar hun steentje aan bijdragen. De doula is echter degene die onafgebroken ondersteuning kan garanderen. Dat is momenteel niet te realiseren in onze gezondheidszorg, via kraamzorg of de verloskundige, zowel organisatorisch als financieel. Daarnaast is het van belang voor het zich veilig voelen van de vrouw, dat er één iemand is zich speciaal op haar (welzijn) richt. De doula doet dat. Wanneer je de aandacht richt op iets anders tijdens de bevalling, bijvoorbeeld het kindje, verleg je jou focus en dat heeft impact op de bevallende vrouw. Het beroep van verloskundige en kraamverzorgster vraagt dat ze zich richt op moeder én kind en het verloop van de bevalling vraagt vaak om een verlegging van de focus van de aanstaande moeder naar het komende kindje. Je kan niet tegelijkertijd twee rollen spelen. Ook wisselen van rol tijdens de bevalling is niet wenselijk, want dan maak je immers inbreuk op de veiligheid van de vrouw.
Natuurlijk kan je als kraamverzorgster je scholen tot doula. En dan vóór de bevalling bepalen in overleg met de vrouw of je als kraamverzorgster óf als doula gaat assisteren. Het aanbieden van doulacursussen voor moeders, zussen en vriendinnen is een leuk initiatief, maar dekt dan ook niet geheel de lading van de doula. Bij familieleden en vriendinnen kan de emotionele verbinding die ze hebben met de bevallende vrouw een afleidende en dus storende rol spelen. De doula heeft een persoonlijke band, maar geen persoonlijk belang.
Hoe kijken zwangeren en bevallen vrouwen naar de doula?
De echte belanghebbenden blijven natuurlijk de bevallende vrouw en haar (eventuele) partner. Hun houding ten opzichte van de doula is in drie categorieën te verdelen.
Ten eerste de vrouw die geen doula bij de bevalling hoeft. Zij kan het bestaan van de doula wel toejuichen, maar vindt het geen optie voor haar eigen bevalling. Immers zij heeft voldoende steun om zich heen verzameld.
Ten tweede is er de vrouw die bekend is met de doula en vóór de bevalling aangeeft een doula niet nodig denkt te hebben.
Zij komt er na de bevalling op terug, want weet dan precies aan te geven op welke momenten een doula voor haar toch handig was geweest. Meestal heeft dat te maken met momenten waarop de vrouw het gevoel kreeg dat de bevalling werd overgenomen door anderen, dat ze niet meer (volledig) erbij betrokken werd en er niet meer goed naar haar geluisterd werd. Zij overweegt een doula in te huren bij een volgende bevalling.
Ten derde is er de vrouw die meteen weet dat een doula een welkome aanvulling is bij haar bevalling. Haar beweegreden kan heel divers zijn: geen partner, ontevreden over eerdere bevalling(en), continue ondersteuning wensen, geen vrouw in hun directe omgeving die ze geschikt vinden of die beschikbaar is.
Reacties van bevallen vrouwen en hun partners
Tot slot is het boeiend om te weten hoe de ouders de aanwezigheid van een doula hebben ervaren, want het gaat uiteindelijk om hún beleving! Ook deze ouders zijn eigenlijk pioniers te noemen. Zij namen namelijk het ongebruikelijke besluit om een doula in te huren. Dat werd door de omgeving niet altijd gewaardeerd: familieleden die zich gepasseerd voelen of andere zwangeren die het niet snapten of belachelijk vonden. En dan toch bij je besluit blijven en er blij meer zijn….. Ook de aanstaande vaders moesten soms wennen, want meestal was het toch de vrouw die op het spoor van de doula kwam, op zoek naar ondersteuning bij haar bevalling (een hele natuurlijke actie). Maar zij waren meestal al snel om. Deels omdat ze hun vrouw willen volgen, zij moet immers de klus klaren. Deels omdat ze het fijn vinden om niet alleen de verantwoording te hoeven dragen tijdens de uren dat er geen medische hulp is. En deels omdat ze vaak wel iets willen betekenen, maar niet goed weten wat ze moeten doen. Als ze daarbij geholpen worden, is dat voor hen ook fijner. Alle stellen waren achteraf (erg) tevreden over de aanwezigheid van de doula. Sommigen stelden zelfs dat ze het zonder doula waarschijnlijk niet gered hadden, zo opgelucht waren ze met de onvoorwaardelijke en onafgebroken steun van een zelf uitgekozen persoon aan hun bed, waar ze op konden vertrouwen op elk moment dat ze daar behoefte aan hadden.
Conclusie
Alle mensen aan het bed van een bevallende vrouw hebben hetzelfde voor ogen: dat de vrouw op haar eigen wijze, in haar eigen tempo op een veilige manier een kindje krijgt. De vrouw heeft baat bij iedereen die haar ter wille is en het beste met haar voor heeft, die haar liefdevol bejegent en stimulerend is voor haar om er voor te gaan. Ze weet zelf héél goed wat daar wat haar betreft de voorwaarden voor zijn, en wie daarbij een rol kan spelen. Dus laten we niet pretenderen, degene te zijn die (vooraf) kan bepalen wie wel en niet bij het bed horen te zijn. Iedereen voegt zijn eigen stukje toe aan de bevalling; de partner, de doula, de verloskundige of gynaecoloog en de kraamverzorgster. Wetende dat de herinnering aan je bevalling heel actueel blijft in je verdere leven en dat het je zelfbeeld kleurt, wens ik alle vrouwen een bevalling toe waar ze zich helemaal in kunnen vinden en met degene om zich heen waar ze zich veilig en vertrouwd bij voelen. En dat de doula daar een rol van betekenis in kan spelen is zonneklaar.
Dit artikel is in 2010 geschreven. In 2015 nog altijd actueel, hoewel er zeker dingen zijn veranderd. Zie hiervoor mijn blog